Het Geuzenboek verscheen vier maanden nadat Louis Paul Boon op 10 mei 1979 stierf. Zelf had hij deze historische roman aangekondigd als zijn Laatste Boek. Niet omdat hij de dood voelde aankomen, of van plan was na voltooiing van dit slopende werk de pen voorgoed neer te leggen, maar omdat hij Het Geuzenboek beschouwde als het sluitstuk van zijn oeuvre. Misschien zelfs wel van de Vlaamse literatuur. Die was immers in 1837 begonnen met een geuzenboek van Hendrik Conscience.
Bijna anderhalve eeuw na Conscience vertelt Boon op zijn beurt hoe in de tweede helft van de zestiende eeuw in de Zuidelijke Nederlanden de eerste massale volksopstand bloedig werd neergeslagen. Dat debacle werd door de schrijver vooral geïnterpreteerd als een kwalijk voorteken voor de emancipatiestrijd die Vlaanderen in de daaropvolgende eeuwen nog te voeren zou hebben. Met nauwelijks ingehouden woede portretteert Boon Willem de Zwijger als een onbetrouwbare leider en een half mislukte Vader des Vaderlands. De kleine, misleide en nutteloos gestorven geuzen uit de Zuidelijke Nederlanden krijgen daarentegen zijn onvoorwaardelijke liefde. Het Geuzenboek is een meeslepend geschreven bijbel van de opstandige mens.
* Het is een magistraal boos boek, dit laatste Boon-boek. - Doeschka Meijsing
* Ik ben nog nooit zevenhonderd bladzijden lang zo anti-rooms geweest. - Kees Fens
* Boon ist Linker aus Neigung, nur mühsam noch aus Überzeugung, entschieden antiklerikal, entschiedener Moralist, vergeblicher Aufklärer. - Der Spiegel